Δευτέρα 16 Ιουνίου 2008
ΣΛΑΟΥΕΡΧΟΦ!
JAN JACOB SLAUERHOFF (1898-1936)
DE ONTDEKKER
Hij had het land waarvoor hij scheepging lief,
Lief, als een vrouw 't verborgen komende.
Er diep aan denkend stond hij droomende
Voor op de plecht en als de boeg zich hief
Was 't hem te moede of 't zich reeds bewoog
Onder de verten, waarin 't sluimerde,
Terwijl 't schip, door de waterscheiding schuimende,
Op de aanbrekende geboort' toevloog.
Maar toen het lag ontdekt, leek het verraad.
Geen stille onzichtbare streng verbond hen tweeën.
Hij wilde 't weer verheimlijken - te laat:
Het lag voor allen bloot. Hem bleef geen raad
Dan voort te varen, doelloos, desolaat.
En zonder drift - leeg, over leege zeeën.
***********************
DER ENTDECKER
Bereits bevor er fuhr, war ihm das Land
so lieb wie einer Frau das Ungeborene,
er hegte in Gedanken das Verborgene;
und hob der Bug sich überm Wellengang,
war ihm, als hätte es sich schon bewegt
unter den Fernen, wo es heimlich träumte,
während das Schiff, das durch die Dünung schäumte,
dem Aufschrei der Geburt entgegenschwebt’.
Einmal entdeckt jedoch, war’s wie Verrat;
kein unsichtbarer Strang verband die beiden.
Er wollte es verheimlichen - zu spät:
es lag für alle bloss. Ihm blieb kein Rat
als fortzufahren, ziellos, desolat,
und ohne Trieb - leer, über leere Weiten.
Τίτλος του ολλανδικού πρωτοτύπου: De ontdekker.
Μετάφραση στα γερμανικά: Ard Posthuma.
Δεν υπάρχουν σχόλια:
Δημοσίευση σχολίου